Dat je tachtig bent geworden
en een feestje geeft.
Dat je op een nougatinetaart,
in sierletters van chocolade,
door de banketbakker,
‘Hoera, 80 jaar’
laat opschrijven.
Dat je op je verjaardag,
door een bestelbus,
met een moorkop
op het dak,
die taart,
thuis laat bezorgen.
Dat je in je allermooiste jurk,
foto’s kijkt
waarop jouw vader en moeder
hun 80ste verjaardag vieren
en dat je verwonderd
kijkt naar wat je ziet.
Dat je kind praat
over wat tijdsgeest doet
met dezelfde leeftijd
maar dan eenendertig jaar eerder.
Ja, dan zouden
vader en moeder
weer graag aan de feesttafel aanschuiven
zodat je voor beiden
een groot stuk taart kon afsnijden.
Ja, dan zou je ze vertellen
wat ze hebben gemist
en hoe het met je gaat,
wat je hebt gedaan
in het eerste, tweede… in al die jaren
dat zij er niet meer waren
en je alleen verder moest.
Hoe je nooit meer
hebt kunnen bellen,
of bij ze langs kon gaan,
om samen
koffie te drinken
of wat te eten,
zoals vroeger zo gewoon was.
Ze zouden zien
hoe groot je kinderen
zijn geworden
en wilden over alles
van je horen.
Ze mochten alleen
zelf niets vertellen
hoe het hen daarna is vergaan.
Want dat is nu eenmaal
de magie van de verjaarsclub van tachtigjarigen.